Soms voel je je nergens echt op je plek. Alsof je altijd net een beetje erbuiten valt. Of juist verantwoordelijk bent voor alles en iedereen.
Je past je aan, neemt teveel hooi op je vork of trekt je juist terug. En diep vanbinnen knaagt er iets:
”Is dit wel mijn plek?”
In mijn praktijk ontmoet ik regelmatig mensen die leven met dit stille innerlijke conflict. Die zich verantwoordelijk voelen voor ouders of broers en zussen.
Die zich aanpassen aan onuitgesproken regels binnen het gezin, of zich als kind al opstelden als redder, bemiddelaar of onzichtbare.
Wanneer die ordening verstoord raakt, bijvoorbeeld doordat jij te vroeg verantwoordelijk nam. Of wanneer er geheimen speelden. Of wanneer iemand werd buitengesloten.
Dan onstaan er vaak langdurige innerlijke spanningen. Je bent dan innerlijk niet op je eigen plek. En dat voel je. Zelfs als je het niet meteen kunt benoemen.
In veel families is er sprake van subtiele of expliciete uitsluiting.
Een moeder die haar eigen moeder nooit noemt. Een broer die het contact heeft verbroken. Een miskraam waar nooit over is gesproken. Een vader die uit beeld verdween. En soms: jijzelf. Als je ‘anders’ bleek dan wat de familie aankon.
Wat uitgesloten is, blijft onbewust trekken aan het systeem.
Vaak neemt iemand, – zonder dat je dat weet, de plek in van wat werd buitengesloten.
Bijvoorbeeld een kind dat de pijn van de afwezige vader draagt. Of iemand die de last van een miskraam of oorlogstrauma in zich meedraagt.
Dit gebeurt uit liefde, loyaliteit en diepe onbewuste verbondenheid.
Loyaliteit aan je systeem is een oerdrijfveer. Als kind is het letterlijk een overlevingsstrategie: we passen ons aan.
Aan wat nodig is om erbij te horen. We nemen over, zwijgen of spiegelen. Ook als dat betekent dat we een deel van onszelf moeten opofferen.
Pas als we ouder worden, kunnen we bewust gaan kijken: Waar ben ik nog loyaal aan dat me niet meer dient? Wat draag ik dat niet van mij is? Waar verlies ik mezelf uit liefde voor de ander?
Je plek terugnemen in het systeem is geen rationele keuze. Het is een innerlijk proces dat vraagt om inzicht, erkenning en verzachting.
Soms is het een beweging van terugstappen. Van niet meer zorgen voor je ouder. Soms is het juist een beweging van jezelf toestaan te bestaan. Ook als dat ‘anders’ voelt dan de rest van het gezin.
Het is geen afrekening met je familie. Het is een beweging naar jouw waarheid, autonomie en bestaansrecht.
Naar de plek die alleen jij kunt innemen. En die niemand anders voor je kan dragen.
Wanneer je je plek (her)vindt in het systeem:
En misschien wel het belangrijkste: je hoeft niet langer jezelf kwijt te raken om erbij te horen.
Herken jij je in deze thema’s? Je bent welkom om dit samen te onderzoeken. Plan online de kosteloze kennismaking.